Roland TD-12K User Manual Page 53

  • Download
  • Add to my manuals
  • Print
  • Page
    / 164
  • Table of contents
  • BOOKMARKS
  • Rated. / 5. Based on customer reviews
Page view 52
37
Hoofdstuk 2. Instellingen voor druminstrumenten [INST]
Hoofdstuk 2
[INST]
1. Druk op [INST] - [F3 (CONTROL)].
2. Sla een pad aan.
Het instellingenscherm voor de aangeslagen pad verschijnt.
Selecteer met [SHIFT] en [CURSOR (links/rechts)].
3. Selecteer de parameter met [F1] – [F5] en
[CURSOR (omhoog/omlaag)].
4. Pas de instellingen aan met [+/-] of [VALUE].
5. Als u klaar bent, drukt u op [EXIT] om terug te
keren naar het "INST"-scherm.
Deze functie start de weergave van een patroon bij het aan-
slaan van een pad. Met deze functie kunt heel gemakkelijk
patronen gebruiken tijdens een live-optreden.
Als u verschillende patronen hebt toegewezen aan twee of
meer pads, dan wordt bij het aanslaan van een andere pad
tijdens de weergave van een patroon, het nieuw geselecteerde
patroon weergegeven.
* Wanneer u patronen weergeeft met opgenomen drumkit-
uitvoeringen of demosongs, worden de patronen die aan de pads
zijn toegewezen, niet weergegeven, zelfs als de Pad Pattern-
functie voor de geselecteerde drumkit aan staat.
* Uitvoeringen waarbij u de Pad Pattern-functie gebruikt, kunt
u niet op sequencers opnemen.
PadPtn Master Sw: ALL OFF, ON
U kunt de Pad Pattern-functie in- en uitschakelen voor
elke individuele drumkit.
ALL OFF: de Pad Pattern-functie wordt niet gebruikt.
ON: de Pad Pattern-functie wordt gebruikt.
PadPtn: OFF, P 1–150, U 151–250
Selecteert het weergegeven patroon wanneer u de pad aanslaat.
* Als alle pads op "OFF" staan, verschijnt het -pictogram.
PadPtn Velocity: OFF, ON
OFF:
Het patroon wordt op het ingestelde volume weergegeven,
ongeacht de kracht waarmee u de pad aanslaat.
ON:
Het patroon wordt weergegeven met een volume dat veran-
dert naargelang de kracht waarmee u de pad aanslaat.
Tap Ptn Mute Grp: OFF, 1–8
Als één klank (patroon) is ingesteld om te worden weer-
gegeven voordat de vorige klank (patroon) klaar is, kunt
u in Tap Playback (p. 61) met deze instelling óf de eerdere
klank stoppen en de volgende klank laten beginnen, óf de
twee klanken gelaagd laten spelen.
Patronen ingesteld op hetzelfde nummer:
De weergave van de eerdere klank wordt afgebroken en
de volgende klank (patroon) start.
Patronen ingesteld op verschillende nummers:
De eerdere klank wordt tot het einde weergegeven, terwijl de
volgende klank (patroon) eraan wordt toegevoegd.
Klanken weergegeven met Pad Pattern
Bij Pad Pattern start de weergave van het patroon pas als u de
pad met voldoende kracht aanslaat. Slaat u de pad
onvoldoende hard aan, dan weerklinkt enkel het toegewezen
instrumentgeluid; het patroon wordt niet weergegeven.
Pads/pedalen als controllers
gebruiken [F4 (CONTROL)]
Parameter Waarde Beschrijving
[F1 (PATTERN)]
PadPtn
Master Sw
ALL OFF,
ON
Raadpleeg hiervoor Een
patroon spelen door een
pad aan te slaan (Pad
Pattern) [F1 (PATTERN)]
(p. 37).
PadPtn OFF, P 1–150,
U 151–250
PadPtn
Velocity
OFF, ON
Tap Ptn
Mute Grp
OFF, 1–8
[F2 (PDLBEND)]
Pedal Bend
Range
-24–0– +24 Raadpleeg hiervoor De
toonhoogte veranderen
met het Hi-Hat-pedaal [F2
(PDLBLEND)] (p. 38).
[F3 (MIDI)]
Tx Channel CH1–CH16,
GLOBAL
Raadpleeg hiervoor MIDI-
instellingen voor elke
pad [F3 (MIDI)] (p. 38).
Nootnr. 0 (C -)–127
(G9), OFF
Gate Time 0,1–8,0 (s)
Position
Ctrl Sw
OFF, ON
[F4 (HH MIDI)]
Note No. 0 (C -)–127
(G9), OFF
Raadpleeg hiervoor MIDI-
nootnummers verzonden
door de Hi-Hat [F4 (HH
MIDI)] (p. 38).
Gate 0,1–8,0 (s)
[F5 (BR MIDI)]
Brush Note
No.
0 (C -)–127
(G9), OFF
Raadpleeg hiervoor
MIDI-
nootnummers verzonden
door Brush Sweep/Cross
Stick [F5 (BR MIDI)] (p.
38).
XStick Note
No.
0 (C -)–127
(G9), OFF
Een patroon spelen door een pad aan
te slaan (Pad Pattern) [F1 (PATTERN)]
Page view 52
1 2 ... 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 ... 163 164

Comments to this Manuals

No comments