Roland GT-8 User Manual Page 55

  • Download
  • Add to my manuals
  • Print
  • Page
    / 100
  • Table of contents
  • BOOKMARKS
  • Rated. / 5. Based on customer reviews
Page view 54
55
Hoofdstuk 5: Effecten met pedalen bedienen
Hoofdstuk
5
De werking van de externe
voetschakelaars instellen (‘Sub CTL
1,2’-functie)
Hiermee kunt u de functie van de voetschakelaars instellen
die u op de ‘SUB EXP PEDAL/SUB CTL1,2’-jack op het
achterpaneel aansluit als ‘Subcontroller 1’ en ‘Subcontroller
2’.
* Als u een FS-6 (dual foot switch) aansluit, functioneert
voetschakelaar B als Subcontroller 1 en voetschakelaar A als
Subcontroller 2.
* Als u twee voetschakelaars aansluit met de speciale PCS-31
verbindingskabel (geproduceerd door Roland; optioneel), dan
fungeert de voetschakelaar die u met de stekker met de witte
markering aansluit als Subcontroller 1, en de voetschakelaar
die u met de stekker met de rode markering aansluit als
Subcontroller 2.
* Als u slechts één voetschakelaar aansluit, zijn alleen de
‘Subcontroller 1’-instellingen beschikbaar.
fig.05-009
1. Druk op [SYSTEM] en vervolgens op PARAMETER
[ ] [ ], zodat ‘SubCTL1 Func’ of ‘SubCTL2
Func’ op het scherm verschijnt.
fig.05-030d
2. Met de PATCH/VALUE-schijf selecteert u de functie
van de voetschakelaar.
3. Druk op [EXIT] om naar het Play-scherm terug te keren.
Waarde Verklaring
Auto
Het pedaal wordt normaal als ‘voetvolume’-
pedaal gebruikt. Als Pedal Wah (p. 34) of
Pedal Bend (p. 45) ingeschakeld is, functio-
neert het EXP-pedaal automatisch als ‘pedal
wah’- of ‘pedal bend’-pedaal.
Als Pedal Wah en Pedal Bend uitgeschakeld zijn, functioneert het au-
tomatisch als ‘voetvolume’-pedaal.
Assignable
Het pedaal wordt gebruikt als bedienings-
orgaan dat voor elke patch in Assign is inge-
steld (p. 56, p. 57).
Foot Volume
Het pedaal wordt als ‘voetvolume’-pedaal ge-
bruikt.
Patch Level
Het pedaal wordt gebruikt om het ‘patch level’
te bedienen.
Pedal Wah
Het pedaal fungeert als ‘pedal wah’-pedaal
als Pedal Wah ingeschakeld is.
Pedal Bend
Het pedaal fungeert als ‘pedal bend’-pedaal
als Pedal Bend ingeschakeld is.
1
21
3
Waarde Verklaring
Assignable
Het pedaal functioneert als het bedienings-
orgaan dat in elke patch afzonderlijk is inge-
steld met Assign (p. 56, p. 57).
Preamp Ch A/B
Schakelt tussen kanaal A en B van de voor-
versterker.
Solo On/Off
Schakelt de SOLO-functie van de voorver-
sterker in en uit.
FX-1 On/Off
Schakelt FX-1 in of uit.
Comp On/Off
Schakelt de COMP in of uit.
Wah On/Off
Schakelt de WAH in of uit.
Loop On/Off
Schakelt de LOOP in of uit.
OD/DS On/Off
Schakelt de OVERDRIVE/DISTORTION in
of uit.
Preamp On/Off
Schakelt de PREAMP/SPEAKER in of uit.
EQ On/Off
Schakelt de EQ in of uit.
FX-2 On/Off
Schakelt FX-2 in of uit.
Delay On/Off
Schakelt de DELAY in of uit.
Chorus On/Off
Schakelt de CHORUS in of uit.
Reverb On/Off
Schakelt de REVERB in of uit.
Amp Ctl On/Off
Schakelt de AMP CTL in of uit.
MANUAL On/Off
Schakelt de MANUAL in of uit.
TUNER On/Off
Schakelt de TUNER/BYPASS in of uit.
Master BPM (TAP)
Voor het gebruik van tap input voor de Mas-
ter BPM.
Delay Time (TAP)
Voor het gebruik van tap input voor de de-
laytijd.
MIDI Start/Stop
Stuurt de Start/Stop van externe midi-appa-
raten (zoals sequencers).
MMC Play/Stop
Stuurt de Play/Stop van externe midi-appa-
raten (zoals harddisk-recorders).
Patch Level Inc1
Verhoogt het patchvolume (10 eenheden).
Patch Level Inc2
Verhoogt het patchvolume (20 eenheden).
Patch Level Dec1
Verlaagt het patchvolume (10 eenheden).
Patch Level Dec2
Verlaagt het patchvolume (20 eenheden).
Hold Delay Stop
Als ‘Hold’ (p. 30) geselecteerd is als DELAY-
type, wordt de weergave meteen stopgezet.
Solo A&B On/Off
Schakelt de SOLO-functie van de voorver-
sterker voor zowel kanaal A als B in of uit.
* Als een van de twee kanalen uitgeschakeld is,
worden beide ingeschakeld.
Page view 54
1 2 ... 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 ... 99 100

Comments to this Manuals

No comments